[Leiden gunpowder explosion 12 January 1807] Letter regarding the disaster,

dated "Den Haag den 14 januari" [1807 added later in pen], to "Lieve Beste!" [= "Mejufvrouwe J.J. Stuart Amsterdam", address on reverse] and signed with "geheel uwe vriendin Betje", bifolium with 3 written pages, and with broken wax seal and the aforementioned address on final page, 20.5 x 16.5 cm.

From the archive of the Van Heemskerk family, see lot 725. Johanna Jacoba Stuart (b. 1789) was the wife of Abraham Heemskerk. Extraordinary insight into how the disaster was experienced only days after the explosion had occurred. A very poignant letter, from which we will list several excerpts: "Wie had kunnen denken dat toen ik met een vrolijk hart aan u zat te schrijven, er zo vele jammerklagten opgingen uit het ongelukkig Leijden gij zult veel horen en in de couranten lezen, doch zeker zo veel niet als wij die er nabij zijn ach welk een vreeslijk ogenblik moet dit geweest zijn (...) schrijf mij eens spoedig of gij er ook vrienden hebt. (...) Een neef die wij er hebben wonen met zijne moeder zijn het gelukkig ontkomen zij was gekwetst, hun huis is ingestort ze hebben niets als hunne klederen die ze aan hebben. (...) Al wie er van daan komt zegt men moet er gaan om de verwoesting te zien welke onbeschrijflijk is, bij dag ziet men niets dan puinhopen en dode lijken welke er uit te voorschijn worden gehaald en bij avond ten grave dragen, men zegt dat de Professor Kluit [Adriaan Kluit, 1735-1807, professor of history, state law and statistics] nog leeft deze man heeft drie dagen met een Tafelschel zitten schellen zonder dat er moogheid [sic] tot redding was." Then follows a horrifying second-hand eyewitness account of the carrying away of Kluit, followed by the story of a soldier who in his own words had saved a small child, but then tried to steal a ring from a dead woman's hand, thwarted however by the stiffness of the hand ("wie gaat hier bij geen rilling over het lijf"). Then follows an account of people who had been in the street when it happened ("de meeste waren in de verbeelding dat de wereld verging") and of the actions of the king and soldiers who risked their own lives working as rescuers. The letter is concluded with a characteristic line: "Verschoon mijn slegt geschrift in haast." On the disaster, see: https://tinyurl.com/lrk5lhw and https://tinyurl.com/j4oc8q8.